Eiwitrepen zijn voor sukkels

De Consumentenbond onderzocht onlangs een 31-tal maaltijdvervangers en kwam tot de conclusie dat ze ‘vol suiker’ zitten. Dat kopte nu.nl om de aandacht te trekken voor een contextloos onderzoek. Dat was trouwens ook de conclusie van de Consumentenbond.

Zo bevatte een geteste maaltijdvervanger meer suiker dan een glas cola en bevatte een andere maaltijdvervanger evenveel suiker als een halve Snickers.

Ok en nu?

Dat glas cola en die reep zijn toch helemaal geen maaltijden? Waarom wordt die vergelijking gemaakt? Een bord biologische boerenkoolstamppot bevat ook meer suiker dan een halve Snickers.

Het is hetzelfde als concluderen dat een wortel meer suiker bevat dan een paracetamoltablet.

Ooh my god, ik ga nu echt geen wortels meer eten en alleen nog maar paracetamol.

Er wordt weer wat willekeurig gestrooid met termen en er mist weer wat context. Gelukkig ben ik er en heb ik niets beter te doen dan dit epistel schrijven.

Hier. Context:

Het idee van maaltijdvervangers is dat ze je snel voorzien van net iets minder calorieën dan een ‘gewone’ maaltijd (wat dat ook mag zijn) zodat je kunt afslanken (de maaltijdvervanger op zichzelf zorgt niet voor het afslanken, maar de keuze ervoor in plaats van iets anders met meer calorieën) en maaltijdvervangers bevatten meestal een relatief hoge hoeveelheid eiwitten vanwege de gunstige effecten van dit macronutriënt (of is het dát macronutriënt?) en vaak ook een aardige hoeveelheid vezels, maar niet altijd.

Vaak worden die maaltijdvervangers gemaakt in de vorm van een reep die lijkt op snoep of een shake die lijkt op een milkshake. Voordeel: het lijkt op snoep. Nadeel: het lijkt op snoep.

Als je wilt afvallen moet je minder eten. Niet in omvang van je voedselinname, maar in calorieën. Dat is niet zo moeilijk te begrijpen. Wat veel moeilijker te begrijpen is, is waaróm je dat doet. Dat kan zijn omdat je van je moeder moet eten wat de pot schaft en je zo een overschot creëert omdat je moeder denkt dat slavinken in een halve liter Croma het beste tot hun recht komen, of omdat je niet weet wat calorieën zijn, of omdat je The Green Happiness volgt en suikervrije taarten met een halve kilo suiker eet of omdat je gewend bent geraakt aan M&M’s en Snickers. Of omdat het je geen reet boeit en het je levensdoel is om alle donuts uit te roeien. Maar als je het je geen reet boeit, is er ook geen probleem en moet je gewoon verdergaan met je leven en je quest for gefrituurde deegcirkels.

Een maaltijdvervanger is in geen enkele situatie een oplossing van je probleem. Zeker niet als die maaltijdvervanger een reep of een shake of een koekje of eiwitrijke pindakaas of weet ik veel wat voor kunstgreep is.

De Consumentenbond (ik zie hier trouwens altijd een groep van een stuk of veertig gefrustreerde kortharige, vooral rokende, huisvrouwen met zo’n meekleurende bril/zonnebril en gouden sieraden die regelmatig zakken kattenvoer terugbrengen naar de Albert Heijn omdat ze niet aan de verwachtingen voldeden, in een donker zaaltje in Bergen op Zoom, zonder laptops maar met gekleurde ringbandagenda’s met bloemen, waarvan de ene helft Ria heet, voor me) vermeldt in het artikel dat de moeilijkheid zit in het op gewicht blijven na het afslanken.

Dat klopt. En daarom is het nemen van maaltijdvervangers ook zo onzinnig.

Een eiwitreep eten in plaats van een Mars is op microniveau best verstandig. Een shake meenemen op een lange autorit in plaats van een frikandelbroodje en zo’n onhandig flesje Chocomel bij het tankstation halen wellicht ook. Je neemt dan wellicht wat minder calorieën en wat meer eiwitten, maar op lange termijn zet het geen zoden aan de dijk.

Die zogenaamde moeilijkheid van het op gewicht blijven heeft geen zak te maken met maaltijdvervangers. Het heeft te maken met geen idioot zijn en jezelf niet voor de gek houden. Het heeft te maken met snappen dat je niet onbeperkt M&M’s kunt vreten. Dat je niet op een verjaardag een nieuwe highscore op toastjes met kipkerriesalade moet halen. Het heeft te maken met snappen dat je groente en fruit moet eten. Dat niet de klok bepaalt wanneer je eet, maar of je honger en behoefte hebt. Dat een frituurpan niet je beste vriendin is. Dat je wel Tony’s Chocolonely kunt posten op Instagram, maar niet per se die reep dan in een nieuw PR naar binnen moet duwen. Dat je niet iedere avond wijn kunt zuipen als je nooit in de gym staat. Dat suikervrij eten voor debielen is. En dat Fajah Lourens misschien een klein beetje gelijk heeft als ze zegt dat je van het hongergevoel moet gaan houden.

Ik zei een klein beetje.

De allervervelendste opmerking in het artikel van de Consumentenbond is die over het advies van het Voedingscentrum om op lange termijn je gewicht vast te houden met een gezond, gevarieerd en volwaardig voedingspatroon. Daarover schrijft de Consumentenbond: ‘Het doorbreken van oude eetgewoonten en meer bewegen is inderdaad een belangrijke manier om de verloren kilo’s eraf te houden. Maar ja, dat is wel gemakkelijker gezegd dan gedaan.’

Dat klopt namelijk helemaal. Maar dat komt vooral door contextloze artikelen die melden dat er veel suiker in maaltijdvervangers zit, zonder in te gaan op de onzin van maaltijdvervangers.

De Consumentenbond had dan veel beter dit kunnen publiceren: